Davis, Alabed en Chico hebben de handschoen opgenomen om voordelen en nadelen van sportmassage eens op een rij te zetten. Daartoe is een uitgebreid literatuuronderzoek gedaan: vanuit ruim 40.000 artikelen werden uiteindelijk 29 gedegen studies geselecteerd, die voldoen aan de standaarden van de wetenschap. Al deze studies onderzochten meerdere effecten van sportmassage, zoals effecten op kracht, sprintsnelheid, sprongkracht, uithoudingsvermogen, lenigheid en spierklachten.
Uit de analyse (die meer dan 1000 proefpersonen in totaal omvat), blijkt dat sportmassage je niet beter maakt in je prestatie: kracht, snelheid, spronghoogte en uithoudingsvermogen verschillen niet in de groepen die wel of geen massage kregen. Er werd wel enig effect aangetoond op lenigheid en late spierpijn (delayed onset muscle soreness, DOMS), die typisch 24-72 uur na inspanning optreedt. Vooral dat laatste effect van sportmassage kan nuttig zijn als in meerdaagse evenementen vaker door de sporter moet worden gepresteerd. Alhoewel er, zoals bij veel onderzoek, altijd armslagen en voorbehouden zijn, is het mooi dat met dit overzicht nu eens een goed uitgangspunt wordt gezet voor de toepassing van sportmassage in de sport. Bron: Davis HL, et al. BMJ Open Sp Ex Med 2020;6:e000614. doi:10.1136/bmjsem-2019-000614
3 Comments
Medisch-wetenschappelijke onderzoeken hebben nogal eens de neiging om zich middels een pakkend acronym bekend te maken, ook in de wetenschappelijke bladen. Het acronym is dan een samenspel van letters van een aantal woorden die het onderzoek beschrijven. Soms wat gekunsteld, maar meestal wel zodanig dat de afkorting blijft hangen. In de kerstversie, vaak een uitgave met wat luchtiger artikelen, van 2014 van het British Medical Journal schreven Deense onderzoekers hier al eens een artikel over, waaruit bleek dat de cardiologie als vakgebied heer en meester is wat betreft acronymen. 40% van alle grote onderzoeken bevat een acronym. Ook het recente artikel dat ik tegenkwam behoort tot de cardiologische discipline: de CAT versus MICE studie, waarin 2 vormen van fysieke training worden vergeleken op het effect binnen hartrevalidatie. Enerzijds gematigde duurtraining (moderate intensity continuous exercise: MICE), anderzijds de aerobe intervaltraining (aerobic interval training: CAT, ehh, wacht even: AIT dus!). Waar de meeste artikelen toch nog enige moeite, hetzij kunstgrepen doen om bij de gewenste afkorting te komen, lijkt het erop dat de auteurs hier de quick and dirty way hebben gekozen: het bekt lekker dus gewoon doen. De afkorting CAT komt in het hele artikel niet voor, behalve in de titel. Wel CAD, maar dat staat voor coronary artery disease, de ziekte van de hartrevaliderende patiënten; niet voor één van de twee onderzochte therapieën. De auteurs maken hiermee een potje van het acronymengebruik en je zou dan ook willen pleiten voor een HALT (help acronyms leave (medical) trials). En oh ja, wat kwam er uit de studie? Helaas, er deden te weinig mensen mee om een relevante uitspraak te kunnen doen over het effect van de training en verder onderzoek is nodig. Toch een beetje een kat-in-de-zak-onderzoek, dus. Bronnen: Pottegård, Bruun Haastrup et al. SearCH for humouristic and Extravagant acroNyms and Thoroughly Inappropriate name For Important Clinical trials (SCIENTIFIC); qualitative and quantitative systematic study, BMJ 2014;349:g7092 Lee, Tsai et al. Randomised controlled trail in women with coronary artery disease investigating the effects of aerobic interval training versus moderate intensity continuous exercise in cardiac rehabilitation: CAT versus MICE study. Bij elk sportevenement met grote publieksdeelname, zoals (halve) maratons, wielerkoersen, triatlons etc., is er altijd het risico dat er iemand tijdens de uitoefening van zijn of haar zo geliefde bezigheid overlijdt. Meestal gaat het dan om een aandoening van het hart. Hoewel ieder dodelijk incident natuurlijk op persoonlijk niveau dramatisch is, bestaat er vaak het idee dat de kans hierop groot is. In een recent artikel laten Dayer en Green zien wat de daadwerkelijk kans op overlijden is. Hiervoor deden zij onderzoek in gepubliceerde artikelen in de medische literatuur over dit onderwerp en selecteerden daarin die artikelen die de marathonafstand beschreven. Doden ten gevolge van ongevallen en terrorisme werden niet meegeteld. Na veel optellen, aftrekken en rekenen komt men uit op 1 overleden deelnemer op iets minder dan 150.000 lopers. Ter vergelijking: dat is ongeveer 1/6 van het aantal verkeersdoden in Nederland per jaar. Omdat er in Nederland jaarlijks zo’n 30-50 marathons gehouden worden met tussen de 35.000 en 40.000 deelnemers is je kans om te overlijden in een verkeersongeval dus 22-25 keer zo groot als tijdens het lopen van een marathon. Onschuldig tijdverdrijf dus? Nou nee. Je moet wel degelijk hard trainen om een beetje lekker een marathon uit te lopen. En behalve de kans op een (al dan niet dodelijk) hartprobleem kan je ook tegen blessures aanlopen of twijfel je misschien over de opbouw of je trainingshartfrequentie. Daarom biedt SMA Midden Holland preventieve sportmedische onderzoeken aan, waarbij zowel naar de situatie van het hart, de huidige conditie, de trainingshartslagen èn het hele bewegingsapparaat wordt gekeken: het groot sportmedisch onderzoek. Eigenlijk een hele complete check-up dus. Voor wedstrijden in het buitenland (Frankrijk, Italië) is het zelfs in de wet verplicht. En zeker als je klachten ervaart of “maar niet vooruit komt”, is het aan te raden de sportarts een keer te laten kijken. Maar natuurlijk kun je ook als je gewoon nieuwsgierig bent naar je huidige situatie een afspraak maken. Bronnen: Dayer, Green – Mortality during marathons: a narrative review of literature BMJ Open Sp Ex Med 2019;5 Wikipedia: lijst van marathons in Nederland SWOV (2019). Verkeersdoden in Nederland. SWOV-Factsheet, april 2019. SWOV, Den Haag. De hamstringblessure is een vaak voorkomende blessure in het voetbal. In een recent artikel laten Buckthorpe en collega’s een door hen voorgesteld preventief programma zien, gebaseerd op wetenschappelijk bewijs, waarin een uit vijf punten bestaande benadering wordt gehanteerd. Het artikel is gebaseerd en geschreven op het professionele voetbal, maar kan natuurlijk in enige vorm ook in het amateurvoetbal gebruikt worden. De auteurs adviseren te richten op:
Dit lijkt misschien allemaal wat veel, maar samengevat komt het neer op: kracht, goede verhouding in rust, training en wedstrijd, wat extra stabiliteitsoefeningen, goede conditie en goed coördinatie. Met een kleine investering in je eigen lichaam voorkom je dat je straks langdurig langs de kant zit. Bron: Buckthorpe M, Wright S, Bruce-Low S, et al Recommendations for hamstring injury prevention in elite football: translating research into practice Br J Sports Med 2019;53:449-456. (het artikel is gratis te lezen; klik op de bronvermelding om direct op de pagina te komen) Mens sana in corpore sano (of omgedoopt door een sportkledingfabrikant tot Anima Sana In Corpore Sano, omdat dat iets beter klinkt in een afkorting), betekent een gezonde geest in een gezond lichaam. En, hoewel we dit sterk vermoeden en er ook aanwijzingen voor zijn, heeft de wetenschap nooit onomstotelijk bewezen dat sporten goed is voor de geestesgezondheid. Onderzoeken hierover spraken elkaar tegen. En of meer sporten dan ook beter is dan minder sporten wisten we al helemaal niet. Totdat vorige maand een artikel verscheen van een groep van Amerikaanse en Engelse onderzoekers. Zij hebben een ongelooflijk grote groep van 1,2 miljoen mensen onderzocht, waarbij met vragenlijsten zowel het geestelijke welzijn als de sportbeoefening werden vastgelegd. Hierbij konden ze, omdat de groep zo groot was, ook allerlei verstorende factoren op de (geestes)gezondheid uitsluiten (denk bijvoorbeeld aan leeftijd, ras, geslacht, niveau van inkomen en opleiding etc.). Hierdoor kan er een antwoord gegeven worden op de vraag of depressieve klachten minder voorkomen bij mensen die veel sporten en of meer sporten nog minder klachten geeft. Gelukkig blijkt dat sporten ook goed is voor de gezondheid van het brein en kan de eeuwenoude spreuk die als titel boven dit stuk staat in ere worden gehouden. Er is echter een maar... En dit aspect kwam ik al tegen op diverse social media als belangrijkste bevinding: meer sporten is niet per se goed. Lees je echter goed door, blijkt dat met meer sporten wordt bedoeld: meer dan 90 minuten achter elkaar per keer (elke keer) en/of meer dan 6 uur per week. Als je dit standaard doet, loop je meer risico op depressieve klachten. Als optimale dosering voor een gelukkiger leven wordt daarom geadviseerd tussen de 2 en 6 uur per week te sporten. Het extra geluksgevoel dat hieruit voortvloeit, zo hebben de onderzoekers berekend, is zelfs groter dan een toename van inkomen van $ 35000. Bron: Chekroud et al. Association between physical exercise and mental health in 1.2 million individuals in the USA between 2011 and 2015: a cross-sectional study. Lancet 2018(5); 739-746. De afgelopen dagen was ik op een internationaal congres over peesletsels in Groningen, waar ik een berg nieuwe kennis heb opgedaan. Veel theoretisch onderzoek natuurlijk, maar ook een aantal praktische dingen. Eén van de dingen die onverwacht naar voren kwam is het feit dat je bij oefeningen (in dit geval dus voor peesletsel), niet alleen je lichaam moet oefenen, maar ook je brein. Je hersenen moeten "in the mood" gebracht worden voor de oefening en voor het effect ervan op je pees- of spierweefsel. Het effect is dan groter en beklijft langer. Een handig hulpmiddel hiervoor is een metronoom. Je doet de oefening dan op het vaste ritme en zo ben je meer gefocust op de oefening zelf. Ben je nou niet zo muzikaal dat zo'n apparaat bij jou thuis op de piano staat, dan zijn er ook meerdere handige apps, die de metronoomfunctie kunnen overnemen (voor Android en voor Apple). Kortom: als je oefent: hou je koppie erbij. Bron: ISTS 2018 conference, Groningen. Keynote 4 - Tendons can be a pain Dr. Ebonie Rio, Australia |
Details
AuteurSportarts Marc Alsemgeest neemt u mee in de wetenschap van de sportgeneeskunde en onderzoek dat verricht wordt op het gebied van sport en inspanning. Recent onderzoek wordt gelezen en voor de sporter samengevat en verklaard. Archieven
Juni 2020
Categorieën |